Wijting en Schar

Hoor wie klopt daar zeevissers?...Tis geen vreemde zeker…. nee, het is onze vriend de schar! De zomergasten zijn weer bijna verdwenen uit onze kustwateren. Hiervoor in de plaats komen de schar en de wijtingen.

Omstreeks half oktober wanneer de watertemperatuur zakt, arriveert normaal gesproken de schar in onze zoute wateren. 

Veel zeevissers zetten dan hun “zoutuitrusting” klaar en gaan lekker een dagje vissen op deze smaakvolle platvis.  Het vissen op deze platvis is niet moeilijk en kan gedaan worden door iedere zeevisser.

Materiaalkeuze

We beginnen vanzelfsprekend met de hengel, dit kan gewoon een basis strandhengel zijn. 3-delig met een werpgewicht tot 225 gram. De lengte kan variëren van 4.20 m. tot 5.00 m. Een allround strandstok waarmee je een stukkie kan werpen. Bij deze strandhengel hoort ook een strandmolen. Een simpele robuuste zeemolen volstaat prima. 

Een snelle molen kan makkelijk zijn, zeker als er veel obstakels liggen onder water! Met een slow-ratio molen kan het zijn dat je je onderlijn te langzaam binnen draait, hierdoor zit je vaker vast. Ook in de havens kan een snelle zeemolen handig zijn, denk maar aan het Calandkanaal en het Noordzeekanaal, 

Nu lees is vaak op het forum de vraag: “Wat is nu een goede zeemolen of zeehengel”. Tja, dat is altijd moeilijk te bepalen, elke visser heeft een voorkeur. Maar neem maar aan dat elk merk prima materiaal in zijn pakket heeft zitten.

Op de molen hoort ook een “draadje”, de nylonlijnen zijn tegenwoordig ontzettend sterk.
De allround diameter is 30/00 met een trekkracht van ongeveer 9 kg. Dat is ruim voldoende voor het vissen op schar. Wel even een voorslagje monteren, dit voor de veiligheid! 

Een tip: schaf eens een werpvinger aan, deze beschermt de werpvinger tijdens het werpen. Iedere zeevisser heeft wel eens een snee in zijn vinger gekregen tijdens het werpen. Dit heb je vooral bij vochtig weer. Met een werpvinger kun je makkelijker en veiliger gooien. 

In het donker zijn vaak de schar vangsten beter dan overdag. Vergeet daarom nooit je “koplamp”. Want vissen in het donker zonder verlichting is echt niet makkelijk.

Welke onderlijnen kun je voor de schar gebruiken?

Op de schar vis ik met dezelfde onderlijnen als op de wijting. In Zeeland noemen we dit de winterlijnen! De winteronderlijn is een simpele basispaternoster met 3 korte zijlijnen/dwarrellijnen van 12 cm. De dikte van de haaklijn is 6,8 kg. Amnesia geel en de onderlijn (lengte 120 cm.) is gemaakt van 60/00 nylon. 

Haak nummer 4 is een prima maat voor de schar. Ook wordt er vaak gevist met witte afhouders op de schar. Een afhouder kan ingezet worden als er bijna geen stroom in het water staat. 

Bij veel stroming is ankeren aan te raden, want als je niet blijft liggen met je onderlijn zal je ook geen of weinig schar vangen. Een kwestie van uitproberen, test eens een paar verschillende onderlijnen uit.

De zoute snack voor de schar

Elke zeevisser heeft er wel eens over gehoord: de zoute leeglopers. Er worden echt goede resultaten geboekt met deze zoute snack voor de scharren. 

Iedereen kan zoute leeglopers maken. Er zijn verschillende manieren om de leeglopers in te zouten. Mijn manier is vrij simpel: maak je overgebleven leeglopers goed schoon aan de waterkant met zoutwater.

Thuis gekomen leg je ze verspreid op een oude krant, in een houten bak. Daarna strooi je een laag zout over de leeglopers. Dit mag best een flinke laag zijn! Leg nu een 2e laag kranten over de ingezouten leeglopers. Na een uurtje of 4 zullen de kranten drijfnat zijn. Vervang de natte kranten met droge en herhaal dit proces tot er bijna geen vocht meer uit de leeglopers meer komt. De leeglopers zullen nu helemaal indrogen tot een taaie “dropveter”. 

Een perfect aasje voor de schar. Je kunt deze “zoute snacks”, een paar maanden goed houden in de koelkast. Gebruik een afsluitbaar diepvrieszakje. Doe hierin een laagje zout, plus een stuk of 20 ingezouten leeglopers. Er zijn veel zeevissers die altijd een voorraadje hebben klaar liggen

Zoute leeglopers kun je ook invriezen. Verdeel je zoute leeglopers in porties en stop ze in de diepvries. Zo kun je te allen tijde gaan vissen zonder dat je eerst langs je aasleverancier moet gaan om een vers portie zeeaas te halen.

Verder kun je schar ook goed verleiden met verse leeglopers, tappen en zagers. Het komt wel eens voor dat je met zagers en tappen juist de grovere exemplaren vangt. Dus heb je een strandsessie gepland, zorg voor een variatie.

Wat ook goed kan werken zijn stripjes makreel. Geen gerookte natuurlijk, maar stukjes rauwe makreel van de buikzijde. 

Watergetijden en de manier van vissen op de schar

Wij vissen in Zeeland vaak over het lage water heen. Dat betekent 2 uur afgaand tij en 2 uur opkomend, het liefst niet met springtij en niet met doodtij. Als het te hard stroomt zijn de scharvangsten vaak wat minder. Maar ook met weinig of geen stroming in het water zal je geen emmer vol vangen. Zoals ik eerder schreef komt het vaak voor dat je 's avonds meer vangt dan overdag. Dat komt voornamelijk door het aasgedrag van de schar. In het donker komen ze wat dichter onder de kant te zitten. Hierdoor zijn ze makkelijker te vangen (je hoeft dan geen 120 meter te gooien). 

Natuurlijk worden er ook goede vangsten behaald overdag, vooral in de diepere stukken. Maar er moet dan vaak wat verder geworpen worden. 

Het vissen op schar is niet moeilijk. Beaas je onderlijn, eventueel bind je het aas goed vast met bindelastiek. Werp je onderlijn zo ver mogelijk in.. Effe wachten… Gemiddeld laat ik mijn onderlijn een kwartiertje liggen. Als je beet ziet moet je niet gelijk binnen draaien.
Je hebt 3 haken aan je paternoster zitten. Vaak trekt vis weer juist vis aan. Lekker laten liggen en pas na een kwartier gaan draaien. Je zult zien dat je dan gemiddeld veel meer vis vangt.

Hopelijk zakt de watertemperatuur niet te snel, en kunnen we nog maanden genieten van de schar.

Groeten en vang ze!

Marco Oreel